Open Contemplatief Huis
menu
  • Home
  • Wie zijn wij ?
  • Postbus
  • Links
  • Contact

Kruimelpad

U bevindt zich hier: Home Homilies en Overwegingen Homilies abt. Manu
  • Leerhuis voor Christelijke Meditatie
  • Leerhuis voor Bijbelse Spiritualiteit
  • Leerhuis voor Contemplatieve Dialoog
  • Stille Abdijdagen
  • Stiltedagen aan Zee
  • Boekenplank
  • Homilies en Overwegingen
    • Homilie van de maand
    • Homilies abt. Manu
    • Homilies broeder Geurric
    • Homilies priester Dirk
    • Overwegingen Bénédicte Lemmelijn.
    • Overwegingen Sim D'Hertefelt
    • Vastenmediteren met Laurence freeman
    • Homilie Monnik en bisschop Lode Van Hecke
  • Monasterium Zonnelied
  • Aanverwante activiteiten
  • Bonnevaux
  • Links andere websites

Column br. Guerric.

image002

 

 

 

 

 

 

In de grond.
De mollen gaan hier te keer. Rond de oude abdij ligt een stafkaart van tientallen hoopjes geurige aarde waar mijn poes graag haar neus tegen drukt. Daar Tybert niet ondergronds kan moet hij het stellen met een zweem van iets fascinerends.

 

De mollen trekken er zich niets van aan en wroeten gestaag voort. Gezien de grote verspreiding van de molshopen moet hun gangenstelsel indrukwekkend zijn. En dat niettegenstaande de vele arduinen brokstukken die overal in de grond steken, archeologische restanten van de middeleeuwse abdij. Als ik een spade in de grond steek, stoot ik per definitie op zo’n stenen getuige van een glorieus of schimmig verleden. Met al dat puin in de grond is het hier trouwens een hele toer om iets geplant te krijgen. Maar de mollen graven er zich door- en langsheen, construeren een ondergronds stelsel waar de regenwormen hen een calorierijk menu offreren, en waar gepaard, gebaard en gezogen kan worden. De mollen werken aan de toekomst.

Hún toekomst uiteraard, ongeacht onze nucleaire dreigingen, de klimaatopwarming of de mondiale economische recessie. De mollen hadden het geluk dat Darwins survival of the fittest hen ondergronds deed gaan. Geen last van haviken, zomerhitte of fijn stof. In de grond is het leven zo slecht nog niet!
      Naast de ‘fysieke grond’ hierboven komt in de mystieke literatuur van de late middeleeuwen de term ‘zielengrond’ nogal eens voor. Bij de onlangs heilig verklaarde Titus Brandsma lees je: ‘De diepste grondslag van het menselijk bestaan, de voortdurende instandhouding van het menselijk wezen door God, welke de mens als de eigenlijke grond van zijn bestaan kan beschouwen, en als een werkelijkheid in zichzelf kan zien. Hij ontmoet daar in zijn diepste wezen de goddelijke werking, krachtens welke hij is, treedt daar God tegemoet en voelt zich getrokken tot de oorsprong, waaraan hij is ontsproten.’
      In zijn zielengrond is de mens het meest vatbaar voor God. Daar woont Hij. God is dan als de grote Mol die in de zielengrond van de mens zijn gangen graaft. Gangen van genade door- en langsheen al het puin dat een geleefd leven erin achtergelaten heeft. God trekt zich niets aan van dit puin. Hij laat het verleden het verleden zijn en werkt even onzichtbaar als onverdroten aan zijn indrukwekkend stelsel in onze zielengrond.
      Alleen de mens die in rust verkeert en bij zichzelf blijft, wordt iets van die werking gewaar. De stille mens wordt het somtijds gegund een zweem van de goede geur van Gods werkzaamheid op te snuiven aan de molshopen van zijn zielengrond. Daar, diep in onze innerlijke aarde, wordt in de grootste stilte de nieuwe mens geboren en gezoogd. Rondom het puin van het verleden gloort een nieuwe toekomst voor de mens die ondergronds gaat. In de grond van het meest intieme in de mens wordt hij gevoed met kostelijke spijs. Werkelijk, in de grond is het leven zo slecht nog niet!
Guerric Aerden ocso Abbaye de Prébenoit Bétète

Lees meer...


 

De stille revolutie

vlinderuitcocon

 

 

 

 

De christelijke ervaring is alleen uit te drukken in de menselijke ervaring van Jezus zelf!!!

    Door de Menswording heeft God ons leven aangeraakt in Jezus, en Kerstmis is zo belangrijk omdat het ons mens-zijn viert, dat verlost is door de aanraking van God.  God neemt in Jezus de sterfelijkheid van de menselijke conditie op zich, zodat we in Hem de banden van de dood kunnen verbreken. In feite verbreekt Hij alle ketenen die ons aan de aarde gekluisterd houden.

Lees meer...

Ter inspiratie

 

Afzondering, een weg om God te vinden.

‘Afzondering begint met het vastleggen van een tijd en een plaats die gereserveerd zijn voor God, en voor Hem alleen. Als we echt geloven, niet alleen dat God bestaat, maar ook dat Hij actief aanwezig is in ons leven - als geneesheer, leraar en begeleider - dan moeten we tijd en ruimte reserveren om Hem onze onverdeelde aandacht te geven. Jezus zegt: 'Als je bidt, ga dan je binnenkamer in, doe de deur dicht, bid tot je Vader die in het verborgene is' (Matteüs 6,6).’ 
Henri Nouwen

 

Lees meer...

Quote


bt.orval

 

 

‘Zonder afzondering is het vrijwel onmogelijk een spiritueel leven te leiden.’  
Henri Nouwen

 

 

 

Een ervaring

Afbeelding1 Vol dankbaarheid en zeer gesterkt kijk ik terug op de stilteretraite.
Wat geeft het me altijd weer veel.

Het was fijn om zondag al aan te komen, zodat ik me op maandag helemaal kon afstemmen op de rust en stilte. Het is altijd weer bijzonder om aan te komen rijden en van verre het enorme Maria beeld te zien, die je als het ware wenkt. Wanneer ik over de drempel kom, overvalt me steeds weer een soort gevoel van thuiskomen.

Lees meer...

franciscus

 paus FRANCISCUS

Universele liefde


De kerk is geroepen om in alle uithoeken van de wereld gestalte te krijgen. Zij is door de eeuwen heen aanwezig op praktisch elke plaats – dit is wat ‘katholiek’ nu eenmaal betekent. Zo kan ze, vanuit haar eigen ervaring van genade en zonde, de schoonheid van de uitnodiging tot universele liefde begrijpen. Want alles wat wenselijk is, is onze zorg. (…) Overal waar mensen samenkomen om rechten en plichten van de mens op te stellen, zijn we vereerd als ze ons in hun midden toelaten. Voor veel christene heeft die weg van broederlijkheid ook een Moeder, genaamd Maria. Zij ontving dit universele moederschap aan de voet van het kruis (cf. Joh. 19,26) en haar liefdevolle zorg gaat niet alleen uit naar Jezus, maar ook naar haar overige kinderen (Ap. 12,17). Gesterkt door de kracht van de Verrezene, wil ze een nieuwe wereld baren waar we allemaal broeders zijn, waar er plaats is voor al wie uit onze samenlevingen wordt gesloten, waar gerechtigheid en vrede zullen schitteren.

Paus Franciscus, Fratelli tutti.
Over broederlijkheid en sociale vriendschap.

 

 

 

 

 

 

 










 






 

Lees meer...

HOMILIE NIEUWJAAR 2023

Abt Westvleteren klein

 

 

 

 

 

 

HOMILIE     NIEUWJAAR 2023


Ik hef op naar de bergen mijn ogen:
vanwaar zal mij komen de hulp?
De hulp komt mij van de Heer,
die gemaakt heeft hemel en aarde. (Ps 121,1-2),

Zusters en broeders,

Deze psalmwoorden uit Psalm 121 draag ik al een tijdje mee. Het zijn vertrouwde woorden. Meer zelfs, zij raken aan gebedswoorden, die we dag in, dag uit hier als broeders bidden. Bij de aanvang van heel wat gebedstijden: God, kom mij te hulp. Heer, haast U mij te helpen. Of het vers bij het begin van gemeenschaps- samenkomsten: Gods hulp blijve altijd met ons.  Zo vertrouwd – ja! Maar beseffen we wat we bidden?

Lees meer...

Homilie 29ste zondag 2022

 

Zal de Mensenzoon bij zijn komst het geloof op aarde vinden?
Heer, geef ons meer geloof.
    
Zusters en broeders,

De laatste zin van het evangelie van deze zondag en de eerste zin van het evangelie van twee zondagen geleden. Bij het luisteren naar de evangeliewoorden van vandaag hoorde ik opnieuw die woorden van twee weken geleden. Het gaat over ‘geloof’ – een rode draad doorheen het woord van God dat zoekt om in onze levens binnen te komen.
Ik zou eerst graag even stilstaan bij de bede: Heer, geef ons meer geloof. De apostelen vragen dat vanuit wat ze Jezus horen zeggen en zien doen.
- Zijn woord dat hen door elkaar schudt, hen bevraagt: Gij kunt niet God dienen en de mammon. Waar de mensen naar opzien, is in Gods ogen een gruwel. Als ze naar Mozes en de profeten niet luisteren, zullen ze zich ook niet laten overreden, als er iemand uit de doden opstaat. Zevenmaal per dag uw broeder vergeven. Heer, geef ons meer geloof.

Lees meer...

Homilie 21° zondag C 2022

 

 

 Jezus zette zijn weg voort naar Jeruzalem.

Zusters en broeders,

Zo staat het bij het begin van het evangelie van deze zondag. Jezus op weg naar Jeruzalem, op weg naar zijn bestemming. Op die weg komen mensen Jezus tegemoet met hun vragen, met allerlei vragen zoals de vraag die we zopas hoorden: Heer, zijn het er weinig die gered worden?  Jezus beluistert die vragen, ook de vraag van vandaag, maar zijn antwoorden zijn vaak verrassend, ongewoon, confronterend. Zo ook het antwoord op de nu gestelde vraag. Jezus antwoordt in feite niet op de vraag: hij spreekt niet van veel of weinig, Hij vult geen statistiek in. Nee, Hij spreekt de man zelf aan: ù. Spant ù tot het uiterste in om door de nauwe deur binnen te komen. Jezus confronteert de man met zijn eigen bestemming en Hij gebruikt daarbij een beeld: het gaat om binnenkomen door de nauwe deur.
Broeders en zusters, het is goed om daar bij stil te staan. Ook wij zijn op weg naar onze bestemming, die we nu eens bewust tegemoetzien en dan weer veraf beschouwen of waar we liever niet aan denken. Onze toekomstige ‘woning’ – als ik het zo mag uitdrukken – is blijkbaar niet te bereiken via een grote, brede poort. De toegang tot het huis van de Overkant is een smalle deur. Ik zou zeggen: de achterdeur, de dienstingang.
Over welke deur gaat het? Hoe komen via deze deur binnen? Toen ik die vragen op me af liet komen, moest ik terugdenken aan meerdere evangeliewoorden van de voorbije dagen. Vorige dinsdag: voor een rijke is het moeilijk het Rijk der hemelen binnen te gaan. Nog sterker: voor een kameel is het gemakkelijker door het oog van een naald te gaan dan voor een rijke in het Koninkrijk Gods te komen. En we hoorden ook de reactie van de leerlingen: Wie kan dan nog gered worden? Of enkele dagen eerder, wanneer de leerlingen kinderen verhinderen om bij Jezus te komen: Laat de kinderen toch bij Mij komen en houdt ze niet tegen. Want aan hen die zijn zoals zij behoort het Konikrijk Gods. Voorwaar, Ik zeg u: wie het Koninkrijk Gods niet aanneemt als een kind, zal er zeker niet binnenkomen. De nauwe deur is heel letterlijk toegankelijk voor wie klein is: een kind, een arme, een dienstknecht. Iemand die de trekken heeft van Jezus zelf, die om onzentwille kind is geworden, arm is geworden, dienstknecht is geworden. Met andere woorden: iemand die gelijkvormig is geworden aan Jezus zelf.

Lees meer...

Homilie 18° ZONDAG C 20222

 

 

 

Zusters en broeders,

Het evangelie verhaalt ons hoe een man Jezus opzoekt om tussen te komen in een erfeniskwestie. En ik vermoed dat we met zo’n vraag al direct botsen op een manier, waarop wijzelf soms of zelfs vaak met God omgaan. God is er om problemen op te lossen. En als dat niet zo is, waarom dan nog naar Hem toegaan?  Maar God behoort niet tot de dingen van onze wereld, is niet in te passen in onze kaders van nut en efficiëntie, is niet in te palmen voor onze projecten.
Neen, godsdienstig leven is eerst en vooral ‘leven’, maar wel leven waar ruimte is voor God. De vraag is niet: Wat heb ik aan God?  De vraag is veeleer: Wat heeft God aan mij?  Godsdienstig leven is het leven van alle mensen leven met God aan zijn zijde. Dat maakt het leven zo anders. Dat wil niet zeggen dat wij niet moeten werken, onze kost verdienen, ploegen, zaaien, oogsten en hopen dat de opbrengst overvloedig mag zijn. Maar dit is niet alles. Meer zelfs – het is gekregen. Wij mogen ervan genieten, maar niet louter voor onszelf. Dit alles verwijst naar Iemand, die voor ons zorgt, zoals het kernachtig is onder woorden gebracht in het openingsgebed van deze viering: God, Gij ziet de toekomst én Gij voorziet in wat wij nodig hebben. Gij kent ons bij naam en Gij zorgt voor ons..

Lees meer...

Homilie Witte donderdag 2022

 

 

 

 

WITTE DONDERDAG   2022


INLEIDING

      In de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest. AMEN.
(          De genade van de Heer Jezus Christus, de liefde van God en
          de gemeenschap van de heilige Geest zij met u allen. EN MET UW GEEST.

Gedenken wij dankbaar de daden des Heren, zijn leven, zijn dood en verrijzenis.
Broeders, dat willen we en mogen we nu deze avond en de komende dagen doen: gedenken – in herinnering brengen – beseffen dat wat Jezus doet met ons eigenste leven te maken heeft.
Gedenken – het stoelt echter op iets dat nog meer fundamenteel is: dat God zelf ons gedenkt, dat God met ons begaan is, dat Hij in Jezus ons leven is komen delen, opdat ons leven LEVEN zou zijn.
Laat ons op die grond gaan staan en vergeving vragen voor elke keer dat wij die grond niet vertrouwen of dat wij een andere grond zoeken.
Ik belijd …

Moge de almachtige God zich over ons ontfermen, onze zonden vergeven,
en ons geleiden tot het eeuwige leven. AMEN.

HOMILIE

Vurig heb Ik ernaar verlangd, eer Ik ga lijden, dit paasmaal met u te eten.

Broeders,

Op Palmzondag hoorden we deze woorden van Jezus als inleiding op het verhaal van het Laatste Avondmaal. Jezus en zijn apostelen – als gelovige joden – gaan het ritueel van de joodse paasviering voltrekken. Het is voor Jezus niet zomaar het vervullen van een plicht. Hij zegt: Vurig heb Ik ernaar verlangd.
Onlangs heb ik de biografie gelezen van Moeder Pia Gullini, de abdis van Grottaferrata en geestelijke moeder van de heilige Maria Gabriëlla. Zij vertelt dat zij jarenlang nauwgezet de observanties en rituelen zoals gebruikelijk in onze Orde heeft vervuld en laten vervullen. En dat er toch iets ontbrak. Ze vergelijkt het met een wierookvat waaruit slecht armzalige rookslierten tevoorschijn komen. Wat ontbrak er? Na jaren komt ze erachter. Wat mankeert is “inwendig vuur”. Ze benoemt ook dat inwendig vuur: zichzelf vergeten uit liefde tot God en uit liefde voor de naaste. Zichzelf geheel en al geven. Ik begreep dat het vuur verteert, dat we ons leven moeten verliezen om het te winnen en wel uit liefde.
Vurig heb Ik ernaar verlangd dit paasmaal met u te eten. Nogmaals – Jezus gaat het ritueel van de joodse paasviering voltrekken. Hij is niet gekomen om op te heffen, maar om tot vervulling te brengen. Jezus gaat het ritueel voltrekken van binnenuit. Hij vult het met zijn gehele wezen; Hij investeert zich geheel en al in dit gebeuren. Hij geeft zichzelf – zoals Moeder Pia zegt – uit liefde tot God en uit liefde voor de mens.
Vurig heb Ik ernaar verlangd, eer Ik ga lijden, dit paasmaal met u te eten. Het vieren van het paasmaal en het lijden dat Jezus te wachten staat vloeien in elkaar. Jezus beseft: dit ritueel gaat over Mij. Ik ben het paaslam, dat geslacht wordt. Ik ben het brood – mijn lichaam voor u. Ik ben de wijn – deze beker is het nieuwe verbond in mijn bloed. Het ritueel wordt waar: de bevrijding uit Egypte, de bevrijding uit alle vormen van verknechting, van verslaving, van angst. De eerste lezing: Als Ik het bloed aan uw huizen zie zal Ik u voorbijgaan. Geen vernietigende plaag zal u treffen. Het bloed wordt Jezus eigen bloed – dit is mijn bloed dat voor u en alle mensen wordt vergoten tot vergeving van de zonden. Sint Jan schouwt dit geheim en schrijft: Hierin bestaat de liefde: niet wij hebben God liefgehad, maar Hij heeft ons liefgehad, en Hij heeft zijn Zoon gezonden om door het offer van zijn leven onze zonden uit te wissen. Jezus geeft zichzelf totaal. Het is een liefdesdaad. En daardoor wordt onze bevrijding heel reëel: alles wat ons scheidt van God en van elkaar wordt weggedagen. Lam Gods dat wegdraagt de zonden van de wereld. Lam Gods – Paaslam! Ik moet denken aan wat Jezus zegt over de boetvaardige zondares: Daarom zeg Ik u: haar zonden zijn haar vergeven, al waren ze vele, want zij heeft veel liefde betoond. Mag ik het naar Jezus toe vertalen: ‘Onze zonden zijn ons vergeven, al waren ze vele, want HIJ heeft veel liefde betoond.’
Broeders, Jezus’ liefde voor ons. Wij worden bemind en dat is ons tot verlossing, tot bevrijding. Jezus’ Liefde – Gods eigen liefde! Want dat gebeurt deze avond. Jezus toont ons de liefde die de Vader ons toedraagt. Hijzelf leeft totaal uit die liefde. Hij verlangt vurig dat wij die liefde leren kennen én ook wij gaan leven in die liefde zoals Hij erin leeft.
Jezus zal ook zeggen: Zoals de Vader Mij heeft liefgehad, zo heb Ik jullie liefgehad.  En Hij vervolgt: Zoals Ik jullie heb liefgehad, zo moeten jullie elkaar liefhebben.
Doe dit om Mij te gedenken, of zoals we zopas in het evangelie hoorden: Ik heb u een voorbeeld gegeven, opdat gij zoudt doen zoals Ik u gedaan heb.
Broeders, dus ook naar ons toe: dat inwendige vuur! Onszelf geven uit liefde voor God en uit liefde voor de naaste. Wij kunnen dit Paastriduüm nauwgezet vervullen en toch gaat het aan ons voorbij. We kunnen het beleven van binnenuit: het is onszelf geven; het is sterven aan onszelf; het is ons leven verliezen. En zo komen tot het echte leven: bevrijd van onszelf, open voor alle opvorderingen die op ons af komen. De voorbije weken hebben we een heel ongewone tijd beleefd. Corona gooide zowat alles overhoop. Met ontroering merkte ik op hoe broeders hun verantwoordelijkheid opnamen! Ik moet bekennen – soms ben ik bang iets aan broeders te vragen – er is al zoveel te doen. Maar nu – als ik iets vroeg, was het ‘ja’. En meestal moest ik het niet eens vragen: het gebeurde. Ik voelde leven stromen door die gave van elkeen. Inwendig vuur?! Doe dit tot gedachtenis aan Mij. Moge de Heer dat vuur in ons brandend houden en doen oplaaien! Amen.

Lees meer...

HOMILIE 32° zondag B

 

 

Rabboeni, maak dat ik zien kan!

Zusters en broeders,

Dit riep de blinde Bartimeüs tot Jezus. We hoorden het twee weken geleden. Bij het lezen van het evangelie van deze zondag kwam die bede weer in mij op. Rabboeni, maak dat ik zien kan! Het is een belangrijke vraag in het Markusevangelie: leren zien, leren juist zien, leren zien wat er is. Of misschien zeg ik beter: leren zien zoals Jezus ziet, leren zien wat Hij ziet. Markus staat er vaker bij stil. Jezus ziet de natuur – denken we maar aan tal van parabels, waaruit blijkt hoe Jezus alles opneemt wat rondom Hem te zien is, te bestatigen valt. Jezus ziet mensen. Hij gaat er niet achteloos aan voorbij. In het voorbijgaan zag Hij Levi, de zoon van Alfeüs aan het tolhuis zitten. En vandaag: Jezus ging tegenover de offerkist zitten en keek toe. En vooraf hoorden we al hoe Jezus naar de Schriftgeleerden keek en opmerkte hoe ze graag in lange gewaden rondlopen en ereplaatsen uitzoeken. Nu ziet Hij hoe menige rijke veel in de offerkist werpt en een arme weduwe met twee penningen.
Zusters en broeders, ik vraag me af of wij die weduwe zouden gezien hebben? Of onze blik niet zou blijven kleven aan alles wat de rijken ten toon spreiden? Of wij niet verblind zouden zijn en niet meer het andere dat ook te zien is, zouden zien. Onze blik is vaak gevangen; wij kijken niet vrijuit. Wij kleuren in vanuit onze verwachtingen, onze verlangens, onze normeringen, mogelijks vanuit onze ambities. En ik besef eerder onbewust dan bewust. Onze blik is vervormd en zo filteren wij ‘wat is’. Onze dromen en onze angsten spelen ons parten. En zo zien we niet wat is, maar bekijken het vanuit hoe het zou moeten zijn of zou kunnen zijn. Er moet iets gebeuren met onze wijze van zien. Onze blik moet bekeerd worden.

Lees meer...

Homilie 27' zondag B 2021




God, Gij hebt de hele wereld geschapen
tot één wijde ruimte,
waarin de ene mens de ander nodig heeft
om ùw liefde te ervaren.
Neem uit ons hart de hardheid weg,
die in elke mens uw beeld verduistert.

Broeders en zusters,

Enkele zinnen uit het openingsgebed van deze zondagse eucharistie. Zinnen, die voor mij een sleutel werden om het evangelie van vandaag te beluisteren en zoeken goed te begrijpen. Want evident is dat niet. We kunnen dit evangelie heel onevangelisch toepassen door er formele voorschriften in te zoeken waaraan een mens moet voldoen of verboden waarmee we overtredingen kunnen constateren.
Trouwens bij de aanvang van deze evangeliewoorden krijgen we al een waarschuwing. De Farizeeën benaderen Jezus met een vraag, waarmee ze Hem op de proef willen stellen. Ze willen juist van Hem een duidelijke uitspraak, een helder voorschrift i.v.m. de mogelijkheid tot echtscheiding of nog preciezer – het verstoten van een vrouw. Maar Jezus loopt er niet in. Hij zegt niet ja of nee, maar geeft hun een wedervraag: Wat heeft Mozes u voorgeschreven?  En direct komt het antwoord: Mozes heeft toegestaan een scheidingsbrief op te stellen en haar weg te zenden. Dus zij weten het! Ze hebben een voorschrift. En dan gaat Jezus daar echt op in.
Ja, er is een voorschrift, maar dit voorschrift is er – zegt Jezus – om de hardheid van uw hart. ‘Hardheid van hart’ brengt tot starre principes.

Lees meer...

Meer artikelen...

  1. Homilie 100 jaar Lourdesgrot 15 augustus 2021
  2. HOMILIE 16° ZONDAG B 2021
  3. Homilie Drievuldigheidszondag 2021
  4. Homilie 5 de Paaszondag jaar B

Pagina 1 van 10

  • Start
  • Vorige
  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
  • 6
  • 7
  • 8
  • 9
  • 10
  • Volgende
  • Einde

Copyright @2014 Open Contemplatief Huis

Back to top