Homilie voor de 3de zondag van de veertigdagentijd C 23 maart 2025
Homilie voor de 3de zondag van de veertigdagentijd C 23 maart 2025
Er zijn natuurlijk vijgenbomen die wel vrucht dragen…..
De twee delen van dit zondagsevangelie vormen geen oorspronkelijke eenheid en werden door de evangelist Lucas samengeplaatst omdat ze beiden een sterke oproep tot bekering inhouden.
We kunnen ‘barmhartigheid’ als een of zelfs als hét hoofdthema van het Lc-evangelie aanduiden. Kardinaal Jozef Cardijn had als motto voor de door hem gestichte KAJ: ‘Zien-Oordelen-Handelen’. In het Lc-evangelie kan dit motto vertaald worden naar ‘Zien-Bewogen worden-In beweging komen.’ In het verhaal van de roeping van Mozes, dat we op deze zondag als eerste lezing te horen krijgen, komt dit ook duidelijk naar voor.
Zien: "Ik heb de ellende van mijn volk in Egypte gezien, de jammerklachten om zijn onderdrukkers gehoord.”
Bewogen worden: “Ja, Ik ken zijn lijden”.
In beweging komen: “Ik daal af om mijn volk te bevrijden uit de macht van Egypte."
Dat in beweging komen van God wordt bezongen in de lofzang van Zacharias na de geboorte van Johannes de Doper:
Een reddende kracht heeft Hij ons verwekt, in het huis van David zijn dienaar,
zoals Hij van oudsher had voorzegd bij monde van zijn heilige profeten,
ons te redden uit de macht van onze vijanden en uit de hand van allen die ons haten.
Homilie voor de 6de zondag door het jaar C 16 februari 2025
Homilie voor de 6de zondag door het jaar C 16 februari 2025
Zelfgenoegzaamheid: jezelf omarmen…. OK, maar ook weer niet….
Zalig gij die arm zijt, want aan u behoort het Rijk Gods.
Dit is de eerste zin van de toespraak,
die Jezus in het Lucas-evangelie bij het afdalen van de berg houdt, staande op een vlak terrein.
Daarom wordt die toespraak bij Lucas wel eens ‘de vlakterede’ genoemd.
In het evangelie van Matteüs houdt Jezus zijn toespraak nadat hij de berg besteeg:
5, 1 Toen Jezus deze menigte zag, ging Hij de berg op en, nadat Hij zich had neergezet, kwamen zijn leerlingen bij Hem. 2 Hij nam het woord en onderrichtte hen aldus:
Die toespraak wordt er dan gewoonlijk ‘de bergrede’ genoemd en de eerste zin van die bergrede luidt:
Zalig de armen van geest, want aan hen behoort het Rijk der hemelen.
Homilie voor de 3de zondag door het jaar C 26 januari 2025
Homilie voor de 3de zondag door het jaar C 26 januari 2025
Inaugurale rede: een genadejaar van de Heer afkondigen?
De toespraak die Jezus hield in de synagoge van Nazaret zouden we kunnen beschouwen als zijn inaugurale rede, zoiets als de eerste redevoering van Donald Trump
nadat hij was aangesteld als de 47ste president van de Verenigde Staten van Amerika.
Bij Jezus waren er wellicht hooguit een 50-tal mannen wiens ogen gespannen op Hem gevestigd waren.
Bij Donald Trump waren er dat, dankzij de moderne media, miljoenen.
Die konden horen hoe hij het had over zijn droom - en deze van vele Amerikanen - om Amerika weer groot te maken.
Trump presenteerde en presenteert zichzelf als een soort messias voor veel Amerikanen,
ook voor vele arme en gefrustreerde blanke én zwarte Amerikanen.
De wereld kijkt verder gespannen toe welke decreten
door Donald Trump in de komende tijd zullen uitvaardigd worden
en welke decreten van zijn voorganger hij naar de prullenmand zal verwijzen.
Zijn presidentiële acties waarmee hij de ‘America Great Again’-droom wil realiseren,
Homilie voor de tweede zondag door het jaar C 19 januari 2025
Homilie voor de tweede zondag door het jaar C 19 januari 2025
‘Kruiken’ om te vullen met liefde en ons te reinigen van eigenliefde
Doet maar wat Hij u zeggen zal.
In het evangelie van Johannes lezen we
dat wat Jezus zegt waarheid is en woorden van eeuwig leven bevat. Hij zegt wat de weg is, die naar het echte leven leidt,
naar een leven in eenheid met God en met mensen, naar een leven van volkomen vrede en vreugde.
En Hij zegt ons dat die weg de weg van de liefde is.
Het zijn Gods woorden die Jezus spreekt,
de woorden die God Hem gegeven heeft om te verkondigen. Hij zegt niet wat Hij wil, maar wat Hij moet zeggen.
Maar Hij wil dat ook, want zijn wil is deze van de Vader. We bidden dat Gods wil zou mogen geschieden
in ons leven en op deze aarde.
Maar is onze wil wel deze van de Vader, luisteren we wel naar Gods woorden
en hebben we er wel voldoende vertrouwen in
zodat we ze laten geschieden, zo, dat we er aan gehoorzamen? Kunnen we wel zeggen zoals Maria: Mij geschiede naar Uw woord. Laten we ons wel door Gods woorden leiden? Door Gods wil?
Laten we toe dat Gods woord in ons geschiedt,
dat God in ons en met ons en door ons aan het werk is? Zijn we wel zo meewerkend als de dienaren van Kana?
Homilie voor het hoogfeest van de Openbaring van de Heer 5 januari 2025
Homilie voor het hoogfeest van de Openbaring van de Heer 5 januari 2025
Met de opening van de Heilige Deuren van de Sint-Pietersbasiliek in Rome
op kerstavond door paus Franciscus begon het Heilig Jaar of Jubeljaar 2025. Hij kondigde dat Heilig Jaar af op 9 mei 2024,
op het hoogfeest van de Hemelvaart van de Heer
met een herderlijk schrijven, een bulle, getiteld Spes non confundit,
een zinsnede uit de brief van Paulus aan de Romeinen:
5, 5 En de hoop wordt niet teleurgesteld, want Gods liefde is in ons hart uitgestort
door de heilige Geest die ons werd geschonken.
Paus Franciscus, die in zijn schrijven stelt
dat de hoop in ieder Heilig Jaar centraal staat, wou dit deze keer zeer duidelijk maken
door als thema van het Heilig Jaar te kiezen voor Pelgrims van Hoop.
Het lijkt voor de hand te liggen om ook de wijzen uit het oosten,
die in de evangelielezing van dit hoogfeest blijkbaar de hoofdrol spelen, als pelgrims te zien en hen ook te bestempelen als ‘pelgrims van hoop’. Pelgrims of bedevaarders trekken naar een welbepaalde plaats,
een heilige plaats, een bedevaartsoord.
Homilie voor het hoogfeest van de geboorte van de Heer 2024
Homilie voor het hoogfeest
van de geboorte van de Heer 2024
Caravaggio, Natività (detail)
Als mensen in deze tijden Kerstmis vieren
en daarbij ook een religieuse dimensie in hun vieren aanbrengen,
dan klinkt de wens naar vrede en rechtvaardigheid soms nadrukkelijk, hoewel het vieren baadt in een cultuur van goed gevoel.
Daar is niets tegen.
Vooral niet als dat zich goed voelen ook de opstap zou kunnen zijn naar een verlangen om goed te zijn en goed te doen,
hetgeen voor de zaak van vrede en rechtvaardigheid betekenisvoller is dan de drang om zich in deze dagen alleen maar ‘te goed te doen’
aan al het lekkere en geurende en romantisch klinkende.