Homilie Elfde zondag B 2024
Elfde zondag B
Het koninkrijk Gods dat eenmaal in het hart van de mens is gezaaid, groeit vanzelf. Dat is een wonder Gods, zo groot en zo mooi als de groei van de bloemen en de bomen, zo mysterieus als de ontwikkeling van een baby tot een volwassene tijdens de levensloop. De groei van het Koninkrijk hangt dus niet af van allerlei menselijke inspanningen. Het overtreft ze, omdat het zijn eigen dynamiek heeft. Dat is de boodschap van de vele groeiparabels die Jezus aan de mensen van zijn tijd en aan die van ons overlevert.
Homilie twaalfde zondag B 202
Twaalfde Zondag B J
Het verhaal van de storm op het meer kan op onze sympathie rekenen. Het valt gemakkelijk te visualiseren en het heeft een voldoende hoog gehalte aan dramatiek om ons te blijven boeien. Maar dat het om een Paasverhaal gaat, ontgaat ons meestal.
Want ogenschijnlijk naïeve ‘rechttoe rechtaan-verhalen’ hebben in de Bijbel, zoals trouwens in heel de antieke cultuur, meestal toch een dubbele bodem, als het geen driedubbele is. Alles in dit verhaal beschrijft de situatie van de mensheid in haar trage ontwikkeling en kondigt het plan van God aan dat zijn Zoon wil realiseren.
Homilie Heilig Sacrament B 2024
Heilig Sacrament B Ex 24,3-8 Hebr 9,11-15 Marc 14,12-26
Een van de vele genaden die het 2de Vaticaans Concilie en de liturgische beweging die eraan voorafging ons schonk, was de herontdekking van de joodse wortels van onze Eucharistie. In de loop van 20 eeuwen christendom waren we bijna vergeten dat, toen Jezus die laatste maaltijd met zijn vrienden hield, hij dit deed als Jood in een joodse geloofscontext. Toen Hij brood nam, God dankte, het brak om het te verdelen onder zijn vrienden, deed hij precies wat elke joodse man op Pasen deed in de kring van zijn familie en vrienden: dankbaar zijn voor de uittocht uit Egypte en voor het begin van de gersteoogst, die de jaarlijkse landbouwcyclus inluidt. Het Jodendom is echter geen cyclische natuurreligie maar een heilshistorische godsdienst, dit wil zeggen dat het dankbaar gedenken van Gods heilshandelen in de geschiedenis met zijn volk en met ieder individu er centraal staat. Dit dankbaar gedenken is zowat de kern van zowel de joodse als de christelijke liturgie.
Homilie H. Triniteit
H. Triniteit Dt 4,32-40 Rom 8,14-17 Mt 28,16-20
Door vandaag het feest te vieren van de Drievuldigheid belijden we ons geloof. Ofschoon het verschillende eeuwen in beslag zal nemen vooraleer de theologie van de Drievuldigheid haar volkomen uitdrukking zal vinden in het credo van Nicea-Constantinopel, vinden we in de Evangelies en de Brieven van Paulus overal trinitaire formuleringen, sommige door Jezus zelf uitgesproken. De Drievuldigheid bevindt zich werkelijk in het hart van de Openbaring en drukt de diepte van het mysterie van Gods meest intieme leven uit. God is Vader, Zoon en Geest: één God in drie onderscheiden maar niet gescheiden Personen. Elk christelijk gebed, te beginnen met het kruisteken, plaatst ons in het hart van de heilige Drievuldigheid.
Homilie Pinksterzondag B 2024
Pinksterzondag B Hand 2,1-11 Gal 5,16-25 Joh15,26-27; 16,12-15
De eerste lezing uit Handelingen, waarin de heilige Lucas op indringende wijze het Pinksterwonder beschrijft, eindigt met vers 11: “Allen hoorden hen spreken in hun eigen taal over Gods grote daden”. Het volgende vers is weggelaten, maar dat vertelt de reactie van de toehoorders op deze uitbarsting van enthousiasme: “Ze wisten niet wat ze ervan moesten denken en zeiden tot elkaar: wat heeft dit te betekenen?” (v.12) Broeders en zusters, velen onder ons weten niet wat Pinksteren betekent en vragen zich af hoe ze dat fenomeen van de uitstorting van de Heilige Geest moeten verstaan? Dat talenwonder, die goddelijke vlam die ervoor zorgde dat de prille Kerk zich als een vuur over de wereld verspreidde: wat heeft dat te betekenen en wat betekent het voor ons, vandaag?
Homilie Zevende Paaszondag B 2024
Zevende Paaszondag B Hand 1,15-26 1Joh 4,11-16 Jh 17,11b-19
Op deze zevende en laatste zondag van de paastijd worden we door de evangelist Johannes binnengeleid in het bidden van Jezus, een zeer intiem moment: Jezus bidt tot zijn Vader terwijl Hij op het punt staat terug te keren naar de Vader van waaruit Hij afkomstig is. Hij bevindt zich als het ware op de drempel van de eeuwigheid en bekijkt verleden, heden en toekomst in één panoramische blik. Hij bevindt zich op het scharnierpunt tussen de wereld van de mensen die voorbijgaat, onze turbulente wereld waarin zoveel kwaad en haat heerst, en de hemel van de onsterfelijke en eeuwige werkelijkheden waarin God alles met zijn liefde doorstraalt. Het is beslist de moeite op dit plechtige en decisieve moment de woorden van het gebed van Jezus te wikken en te wegen. Want in Jezus spreekt God zijn definitief woord uit over de wereld.