STILLE ABDIJDAGEN ORVAL oktober 2022 Getuigenis van een ervaring!

 

Getuigenis Stille Abdijdagen Orval (oktober 2022)
 
Beste Hubert, priester Dirk
en anderen die deze retraites mogelijk maken,
Vol dankbaarheid en zeer gesterkt kijk ik terug op de stilteretraite.
Wat geeft het me altijd weer veel.
Het was fijn om zondag al aan te komen, zodat ik me op maandag helemaal kon afstemmen op de rust en stilte. Het is altijd weer bijzonder om aan te komen rijden en van verre het enorme Maria beeld te zien, die je als het ware wenkt. Wanneer ik over de drempel kom, overvalt me steeds weer een soort gevoel van thuiskomen.


Hoewel ik nooit met een bepaalde verwachting ga, weet ik dat ik krijg wat ik op dat moment nodig heb. En dat is heel mooi!
Het openbaart zich in allerlei vormen maar vooral in de stilte. Daarom was het dan ook heerlijk dat we de wandelingen door de prachtige natuur voor een deel deden in het contact met anderen en een deel in het contact met onszelf.
Ik heb weer momenten gekend van me aangeraakt voelen, momenten die niet in woorden te vatten zijn maar wel nog nawerken. De meditatie thuis in mijn eentje gaat weer gemakkelijker, wetende dat er velen met mij in stilte verbonden zijn. Vanuit dit gevoel, weet ik dat wat er ook in deze wereld gebeurt, altijd Licht is en dat we in de chaos van de tijd zonder angst mogen leven.
 
Nogmaals heel veel dank,
met vriendelijke groet,
Maria Scholts
STILLE ABDIJDAGEN ORVAL oktober 2022 Getuigenis van een ervaring!
Zijn wij dan toch te laat vertrokken?
Een vraag die ik mij stel wanneer ik constateer dat de timing van de geplande reistijd wordt ingehaald door het vastgelegde tijdschema van de eerste stille abdijdag. Deze vaststelling brengt mij bij de gedachte dat tijd een sociaal fenomeen is dat een gevoel achterlaat dat tijd voorbij gaat en wij dit niet zintuiglijk kunnen waarnemen. Een tijdsbesef in temporele oriëntatie. Het doet mij denken  aan de woorden van Sint Augustinus :"In U, mijn Geest , meet ik de tijd." Op die manier plukt Sint Augustinus de tijd weg uit de natuurkundige benadering en installeert hij het "nu" als spirituele ervaring. Hiervoor baseert  hij zich op de vluchtigheid van taal en illustreert dit met de zin: "Deus, Creator omnium." (God, Schepper van alle dingen.) Een mantra voor meditatie. Van de acht lettergrepen zijn de lange, twee keer zo lang als de korte. Eens ze hun geluid hebben laten klinken verglijden ze allen even vlug.
Wij zijn er geraakt.


Wanneer ik op de binnenplaats van de abdij sta, verdampt de herfstmelancholie en laat ik mij gaan in het van ouds kinderlijk geruststellend en gezellig thuisgevoel. Ik voel mij opgenomen in een soberheid, die amuseert en ontroert, zoals ik  mij subtiel  in herinnering ben blijven inbeelden.  Een eerste persoonlijk geluksmoment. Alles is er nog, geen angst voor wat zou kunnen veranderd zijn. Het beeld van de Moeder Gods intrigeert mij steeds; statisch, rijzig,  gracieus en harmonieus. Het beeld getuigt van  een zeldzame tederheid tussen Maria en Kind; haar beschermende houding, waaruit grote affectie spreekt, haar neergeslagen ogen, haar gesloten blik. Het is alsof zij de aandacht naar zich toetrekt en de vraag doet rijzen waarmee ze bezig is. Ziet zij in gedachten alles wat er om haar heen is? Of is ze bezig met haar innerlijke wereld? Heeft zij deze wereld laten ontstaan of is zij een niet kijkende getuige? In een intiem moment houdt zij de tastende hand van het Jezuskind vast, in wiens versluierde blik en gespannen glimlach verlatingsangst sluimert, veelbetekenend als je weet wat Zijn lot zal worden. Hun houding straalt ook nederigheid en verwelkoming uit. Hun aangrijpende kwetsbaarheid maakt je deelgenoot van het mysterie tussen hen beide.
Het algemene ontvangstgedeelte is voorbij en wij sluiten aan bij de eerste conferentie van pr. Dirk.
Iedereen zit achter het lessenaartje en ik maakt het mij zo gemakkelijk om in een oogwenk de groep te overschouwen en te monsteren.  Ze zijn  er allemaal,  de bekende gezichten, wie ik ken van ziens en de nieuwkomers, gaaf en alert. Ik voel mij onmiddellijk thuis en op mijn gemak. Een tweede geluksmoment. Onze eerste gebedsdienst zijn de Vespers en de  eucharistie. Onafwendbaar sijpelen de monniken de koorzone binnen. Met de grondigheid van een kleuter die zijn telraam achter de hand houdt tel ik er zes wanneer de abt als wakende herder  ten teken van voltalligheid met de vingerknokkels  tegen de zitbank droog de dienst op gang klopt. In stilte maken de monniken het kruisteken. Mijn derde geluksmoment is onvolmaakt . De zevende broeder ontbreekt. Op weg naar de refter lees  ik in  een ad valvas bericht in de onthaalzaal dat broeder Gaetano Raciti begin oktober gestorven is.
Het menu van het avondeten is sober met aan het begin en het einde  een gemeenschappelijk gebed. Je ziet dat de trappisten vegetariërs avant la lettre zijn. Twee soorten brood , een sneetje  kaas en een warm gerecht, energetisch licht verteerbaar  met groenten en een saus worden geserveerd. De completen sluiten de dag af met bezinning en dank.  De monniken vertrouwen de vruchten van hun dag van  "ora, lege et labora" toe aan God, laten  los en vragen  bescherming voor de komende  nacht. Wanneer wij de abdijkerk verlaten is er een open hemel, die het firmament laat zien met fonkelende sterren. De uil - ik ben geen vogelkenner, dus ik vermoed de bosuil -roept lokkend  het karakteristieke en onheilspellende "Hoehoe",vast uitgesmeerd als in een partituur. Wij horen hem de drie avonden, maar de tweede avond is hij  het stelligst al oreert hij instemmend met wat pr. Dirk in de vierde conferentie brengt of juist niet en wil hij het thema "Geloven /niet geloven " een exogeen  klankbord geven. De instrumentale filmmuziek als introductie van de meditatie is aangrijpend, zeker als je het verhaal van de protagonist kent. Het is tot een  muzikaal meesterstuk uitgegroeid tussen wat benoemd wordt en wat ongezegd blijft. Ik ken het neerslachtig instrument niet maar het creëert het  sentiment van de jammerklacht om een verwoest leven en de kop ingeslagen verwachtingen. Het is een  ontroerend uitvloeisel van de historische connotatie met de landelijke idylle en het pastorale leven van voordien. De looping bouwt de spanning op. 
De volgende morgen na de lauden word ik getrakteerd op een eenmalig vogelconcert in de haagbeuk boom  van de binnenhof.  Ook al is het een scala van  vocale alarmen, de tonaliteit is gelijkgestemd , natuurlijk, puur, zuiver en scherp, geen  larmoyante vibrato, geen klankontwrichting. Muziek en gezang zijn de directe taal  en de  diepste uitdrukking van de spirituele dimensie. Niet verwonderlijk dat er een verwevenheid is  tussen het zingen van de getijden gebeden door de monniken  en de liturgie. Van het klokgeluid  klinkt dit zonder nagalm van het Angelusklokje vertrouwd in de oren. Het lijkt ondubbelzinnig op de klank van het Angelusklokje van mijn parochiekerk.
Ik ga de conferenties niet overdoen. Ze zijn goed, ze actualiseren de geloofsinhoud, zetten aan tot geloofsverdieping en tot een spirituele balans. Ze laten je vertrekken met een sereniteit en een frisse levensadem. De spreekbeurten van pr. Dirk zijn authentiek en origineel en verstaan het om academische grondigheid te combineren met wijsheid. Genade is wat de zoekende mens als gelovige krijgt, wiens kwetsbaarheid en liefde redding zijn. Een liefde die niet slijt, maar dieper wordt met de jaren. Een liefde die geduldig is en vol goedheid, die niet grof is en niet zelfzuchtig om  de beroemde brief van de apostel Paulus te citeren. De stille abdijdagen zijn een herontdekking van de christelijke contemplatieve traditie. Van de transformatie van een innerlijke leegte in een innerlijke warmte.
In de meditatie zoeken wij de stilte, gaan bewust de stilte in want de taal van God is stilte en geven ons over aan de innerlijke stilte, die troebele gedachten verdrijft. Tijdens de stilte wandelingen  zijn wij vol bewondering en verwondering  voor de natuurlijke stilte van de schepping, de onhoorbare ruis van de kosmische stilte en van het verborgen planetaire en aardse  leven. Ik ben niet mee geweest en ben binnen de muren van het klooster gebleven. om de   harmonie te zoeken van de stilte van vier bijzondere stilteplekken In de ruïnes is de heilige stilte aanwezig en voel ik de eeuwenlange traditie van de zoektocht naar zingeving. Deze stilte is zeker ook aanwezig op de begraafplaats van de monniken. In de Rotstuin in zen traditie is er de oneindige stilte, uitgedrukt in het gestileerd lijnenpatroon, cirkelvormig of evenwijdig , steeds zonder begin en eindpunt. In de abdijkerk ontmoet ik de architecturale stilte, die door licht en schaduw volgens de zonnestand gekleurd wordt . Wanneer ik in het frontale roosvenster de Moeder Gods zie in art- deco stijl valt het mij op dat ze een houding van aanvaarding, gelatenheid maar toch liefdevol en van aanmoediging uitstraalt. De vierde stilteplaats zijn de binnenhoven en tuinen met wandelpaden en waterpartijen met onzichtbaar waterleven of met de aanwezigheid van vissen, verstild hangend of geruisloos glijdend.
Overal word ik begeleid door de stem van de stilte en hoor ik  de woorden van Bernardus van Clairvaux wanneer hij zegt ‘dat de grootheid van God  de liefde van Christus is’,  die alle kennis te boven gaat, die eeuwig is en niet begrensd wordt in ruimte en tijd, die de eeuwigheid zelf is en dat geduld de ultieme uiting van die liefde is.
Wanneer wij de abdij verlaten en terug huiswaarts keren probeer ik de innerlijke stilte zoveel mogelijk mee te nemen.
De herfstzon is volledig doorgebroken tussen de uitgeveegde wolken. Wij rijden door de Ardennese bossen. De nevel is weg en de kale bosplekken worden door de stralen van het invallend licht van een weggezakte zon tot een aureool verlicht. De licht - donkercontrasten zetten mij onwillekeurig aan om gelijktijdig met de reisgezellen Caravaggio te berde te brengen
Wij zijn  bijna  thuis en zullen er vertellen over onze ervaringen in woorden die zich ontvouwen en de kloof tussen verleden en toekomst, tussen herinnering en verwachting overspannen in het nu-moment.
Het is goed geweest.
GVC